Reggae Geel 2025 - Bounce Dancehall: Rupelsoldaten rule supreme

Vrijdag

Goed op tijd gearriveerd in de Bounce, dus nog een stukje kunnen meepikken van Eastend Rock en hun druk twerkende danseressen. Bizar genoeg, aan wat toch het meest eigentijdse podium van Reggae Geel heet te zijn, was het voor ons een beetje een blast of the past, wellicht omdat we al zo lang geen twerkende dames gezien hadden. Maar wel felle vibes van deze veteran crew.

Rupelsoldaten openden met een Rupeliaanse version van Bob Marley’s ‘Rastaman Chant’, een vredeswens aan iedereen. Een boodschap die de mannen wel vaker benadrukken: laat je niet misleiden door onze naam, wij zijn soldiers of love. Maar toch vooral van aanstekelijke tunes en raps in onze moedertaal. Misschien is dat wel deel van het succes van Rupelsoldaten: er zijn maar weinig Vlaamse reggae acts die ons zo direct aanspreken, met archetypische boodschappen van liefde en verzet in de taal die we het best begrijpen (als ze niet té plat spreken natuurlijk).

Dat blijkt ook uit het hoge meezinggehalte van de nummers. ‘Huis Op De Rots’ (een klassiek bijbels thema in de reggae), ‘Blaze Di Fire’ (met die lekkere mengvorm van Vlaams en Jamaicaans patois) en natuurlijk ‘De Genezing’, mogelijk de populairste Beljam reggae tune ooit, zeker nu er een nieuwe version is verschenen, gebackt door Asham Band en gemixt door Crucial Alphonso. Als dat geen mooie kruisbestuiving is tussen verschillende crews en generaties. 

De muziek van Rupelsoldaten getuigt van een brede smaak. We hoorden zowel Studio One en old school dancehall als hip-hop. Maar er zijn ook de humor, de afwisseling tussen drie vocals en een paar coole showelementen. Bij ‘De Genezing’ dook er plots een levende reuzenspliff op die algauw ging crowdsurfen, waardoor die crowd nog meer remmen losliet. 

“Weed is the healing of the nation, THC geeft mij positive vibrations, sweet sensimillia meditation, wij soldaten, wij maken er een feest van!” 

De hele tent zong en zwaaide geestdriftig mee, en we denken dat de meeste mensen het ook meenden. Toch als we het aantal aanstekers in acht nemen dat wat later op eenvoudig verzoek in de lucht ging, even voor Rupelsoldaten werkelijk iedereen lieten neerhurken, op zich al een geweldig gezicht!

Zaterdag

Zaterdag hoorden we DJ Septik een energetische set brengen met dancehallklassiekers rond een welbepaald thema. We hoorden achtereenvolgens Sizzla’s ‘Pump Up Her Pum Pum’, Busy Signal’s ‘Bumaye’, Charly Black’s ‘Wine And Kotch’ en Aidonia’s ‘Pon Di Cocky’. 

Soms vragen we ons wel eens af hoe mensen zouden reageren als de teksten in het Nederlands zouden zijn. Maar goed, het maakt nu eenmaal integraal deel uit van de dancehallcultuur en een beetje slackness terwijl je in de rij staat voor poffertjes moet kunnen, toch?

We pikten ook een stukje mee van de set van DJ O-Zion featuring DJ Moona, één van de weinige vrouwelijke deejays dit weekend, die met een stralende en aanstekelijke glimlach zichtbaar geniet van haar eigen set. Het is een dynamische mix van dancehall, afrobeat en basshall. 

We krijgen een Sleng Teng-remix voorgeschoteld, maar het tempo ligt telkens hoger dan bij de typische dancehallset. Vervolgens krijgen we ‘Fall In Love’ van Popcaan te horen, ‘Turn Me On’ van Konshens en natuurlijk ‘Shake It To The Max’, oorspronkelijk van Moliy en Silent Addy, maar intussen verwerkt in tal van remixes. Uiteraard kan ook ‘Party Animal’ van Charly Black niet ontbreken. 

Ze brengt hulde aan vrouwelijk icoon Sister Nancy, die ook vandaag zal aantreden, door een mix te brengen met ‘Bam Bam’, die dan overgaat in ‘Shake Your Bam Bam’. De opkomst in de dancehall arena is op dat moment nog vrij beperkt, maar haar enthousiasme weet de aanwezigen toch te overtuigen. 

Meer volk is er tegen het einde van de set en wanneer Soul Shakers en High Grade aan hun set gaan starten. J spreekt het publiek toe en het feest wordt ingezet met Chronixx’ ‘Skankin’ Sweet’. De massive reageert uitgelaten, maar wij moeten de tent alweer verlaten om interviews te gaan afnemen. het zal ongetwijfeld nog gezellig geweest zijn daar!

Foto’s: © Rupelsoldaten