De Puerto Ricaanse dubtovenaar Pachyman toert voor het eerst met een band: "Live dub spelen is eigenlijk een onmogelijke opdracht.", maar het gaat wel gebeuren, op 31 mei in De Roma!
Het begon allemaal in K-JAH Radio, het reggaestation in de videogame Grand Theft Auto 3. Daar stond het album ‘Scientist Rids The World Of The Evil Curse Of The Vampires’ op repeat, en de jonge Pachy Garcia raakte vrijwel meteen “geobsedeerd” door die “crazy sounding music”.
Reggae was toch al dominant aanwezig op Puerto Rico, zoals op veel Caraïbische eilanden. Pachy’s broer was een grote fan van Bob Marley & The Wailers en zelf speelde hij in verschillende bandjes. Maar het was pas toen hij bij een vriend platen hoorde van Scientist en Augustus Pablo dat hij zich ook ging verdiepen in dub. Omstreeks 1999 was dat, meer dan twintig jaar na de hoogdagen van de klassieke dub. Net als uw dienaar eind jaren zeventig vroeg Pachyman zich af waar die muziek in godsnaam vandaan kwam, en hoe ze gemaakt werd, zo verschillend van alle andere stijlen en genres. Ik probeerde mij indertijd zelfs voor te stellen hoe dat dan ging in de studio. Waarom stopte die gitarist plots met zijn chops? Waar waren de blazers ineens gebleven? Alsof de muzikanten beurtelings hun opwachting maakten aan de microfoon.
Pachyman: “In het begin wist ik niet dat al die dubs versies waren van gezongen nummers die ik pas later zou leren kennen, en dat inzicht zette die muziek ook in een heel ander perspectief. Als je alleen de minimale setting hoort van een liedje, bas en drums, af en toe een gitaarchop, vraag je je af hoe ze daar ooit zijn opgekomen. Maar dan hoor je de original, and suddenly it all makes sense.”
Na drie albums vol nieuwe maar wel traditionele dub injecteerde Pachyman zijn laatste twee platen, ‘Another Place’ en ‘Switched On’, met verrassende funky en Latin invloeden: “Ik probeerde almaar om die dubsound van vroeger perfect neer te zetten, tot ik dacht: waarom probeer ik muziek te perfectioneren die veertig, vijftig jaar geleden al perfect was? Ik wilde me niet langer uitsluitend concentreren op de opname maar ook op de muziek. Ik ben een engineer, maar in de eerste plaats een muzikant. Ik wilde mij verliezen in de song, niet in het wormgat van de engineer. Ik ben een latino én ik moest mezelf losmaken van het idee dat ik die dub van toen zou kunnen perfectioneren. Ik wilde mezelf zijn. Wat kan ik bijbrengen aan die muziek? Dus ben ik een andere weg ingeslagen. Op basis van wat ik al had gedaan en geleerd probeerde ik nu iets toe te voegen. Postfunk, souljazz, jazz fusion, latin… ik hoop dat die nieuwe ingrediënten mijn muziek kunnen verrijken en verruimen.”
Je zingt zelfs, in het nummer ‘Trago Coqueto’.
Pachyman: “Is het zingen? Ja, waarschijnlijk wel. Niet dat ik een echte zanger ben maar ik gebruik wel mijn stem om melodieën te creëren. Zonder iets te willen zijn wat ik niet ben. Ik probeer heel eerlijk te blijven. Ik heb vroeger trouwens wat gezongen, voor ik solo ging, dus helemaal vreemd is het ook niet.”
In de clip van ‘Trago Coqueto’ zien we je ook cool dansen.
Pachyman: “Dat is een gevolg van mijn live optredens. In het begin zat ik nog vaak de hele tijd achter mijn mengtafel, maar nu ken ik mijn mixes door en door en wil ik de mensen ook entertainen. Op deze toer dus met een band. Ik heb de dub stuff live gedaan, muzikanten op het podium was een logische volgende stap. Ik zit zelf achter de drums, en naast mij staan een bassist, toetsenist en gitarist. Plus een computer voor percussie en dubeffecten. De muzikanten hebben echt dub moeten leren spelen. Soms valt hun instrument weg of zit er een effect op. Het is eigenlijk een onmogelijke opdracht: muziek naspelen die in essentie is gebaseerd op studiotrucjes.”
Op YouTube staat ook ‘A Tribute To Hux Brown’ van jou, een ode aan de gitarist van Studio One. Wat heb je met hem?
Pachyman: “Ik was gefascineerd door de single ‘Drugs Man’ van Hux Brown. Klinkt helemaal als Randy’s maar we weten het niet zeker. Het Japanse Dub Store heeft die tune in 2012 opnieuw uitgebracht. Mijn tribute is er volledig op gebaseerd, en klinkt ook zo, maar het is mijn riddim.”
Wat is je favoriete Jamaicaanse studiosound?
Pachyman: “Dat hangt af van mijn stemming. Channel One was mijn gateway naar dub. Randy’s is heel lang mijn favoriet geweest. Tijdens de opname van de laatste twee albums luisterde ik dan weer heel veel naar Lee Perry. Het heeft lang geduurd voor ik in de Black Ark-schatkist ben gedoken, en my God, it never ends! Op dit moment ben ik eerder in een King Tubby en Johnny Clarke mood.”
Ben je recent nog in Jamaica geweest?
Pachyman: “Ik ben er nog nooit geweest. Het is maar twee eilanden verder in de Caraïben, en dat interesseerde me eigenlijk niet. Meer van hetzelfde. Another fucking island. Ik wilde de rest van de wereld zien. Pas nadat ik naar Californië was verhuisd, kreeg ik zin om naar Jamaica te gaan en de oorsprong van mijn muziek te ontdekken. Het is er nog niet van gekomen maar het gaat gebeuren. En dan wil ik zeker naar 17 North Parade, Randy’s Studio. Ja, misschien is dat toch mijn favoriete studio.”
Pachyman staat op 31 mei in De Roma, met full band!
Foto’s: © Alex Bulli
Reggae-enthousiasteling sinds 1977, schrijft professioneel sinds begin jaren tachtig voor publicaties zoals De Morgen en De Standaard. Richtte de website op in 2002. Auteur van twee boeken over reggaecultuur en -geschiedenis.
May 24, 2025